Ombouw Baarn (deel 1) |
door Edward BaryDit is het eerste deel in een serie waarin de ombouw van het emplacement Baarn zal worden gevolgd. Deze ombouw houdt in dat er een nieuw perron wordt aangelegd voor de treinen van en naar Soest, en dat het spoor langs het eerste perron verdwijnt. De treinen over de Stichtse Lijn (Baarn-Den Dolder) en de Gooilijn (Hilversum-Amersfoort) hoeven elkaar dan niet meer te kruisen. |
InleidingBaarn had vroeger twee stations: één aan de HSM-lijn Hilversum-Amersfoort en één aan de NCS-lijn uit Den Dolder. Die stations lagen op korte loopafstand van elkaar, gescheiden door de Luitenant-Generaal Van Heutszlaan. In 1948 werd een verbindingsbaan in gebruik genomen, tegelijk met de elektrificatie van de lijn Den Dolder-Baarn*). Het oude NCS-station wordt sindsdien niet meer als zodanig gebruikt. Het gebouw is al enkele jaren in gebruik als “Eethuys-Café De Generaal” en staat bekend bij tal van toeristen die de fraaie Baarnse omgeving doorkruizen per auto, fiets of te voet. Ook treinreizigers leggen daar graag even aan. Het Eethuys ademt nog volledig de sfeer van een station; onlangs is de entreeluifel geheel gerestaureerd. Zie ook Baarn in vroeger tijden. *) Dit verbindingsspoor was al in dienst gesteld op 20 december 1939, maar werd toen nog niet gebruikt voor de normale treindienst. |
Baarn, 15 juli 1973. Treinstel 221 in de pendeldienst tussen Baarn en Utrecht. Foto Nico Spilt. |
Baarn, 4 juni 2007. Treinstel 2965. De kering van de stoptreinen uit Utrecht op spoor 1 heeft zijn langste tijd gehad. Dit spoor wordt een kopspoor, waar treinen uit de richting Hilversum zouden kunnen keren. Foto Rienk Nauta. |
HistorieIn de periode 1863-1865 exploiteerde de NCS, de Nederlandsche Centraal-Spoorweg-Maatschappij, haar hoofdlijn van Utrecht naar Zwolle en Kampen. Tevens exploiteerde de NCS de lijnen van een aantal lokaalspoorwegmaatschappijen. Omstreeks 1900 deed een nieuw soort spoorweg zijn intrede, de lokaalspoorweg, maar met een andere functie dan de hoofdspoorlijnen: de buurtspoorweg, bedoeld voor het forensenvervoer. De NCS verzorgde de exploitatie van deze spoorwegen, die alle aftakten van haar stamlijn Utrecht-Zwolle. In 1898 wordt de lijn van Den Dolder naar Baarn (Buurtstation) van de Utrechtsche Locaalspoorweg-Maatschappij in gebruik genomen, in 1901 gevolgd door de lijn van De Bilt naar Zeist van de Nederlandsche Buurtspoorweg-Maatschappij. Al deze buurtspoorlijnen kregen in Utrecht een eigen kopstation: Utrecht Buurtstation, dat inmiddels geheel geïntegreerd is in Utrecht Centraal. Zie ook Bilthoven en de NCS-lijnen naar Zeist en Baarn. Bij de aanleg van de Oosterspoorweg moest bij Baarn een ingraving aangelegd worden om de uitlopers van de hoger gelegen Utrechtse Heuvelrug te doorsnijden. Zo kwam ter hoogte van Baarn de spoorlijn in een verdiept ravijn te liggen. Het tracé door Baarn geldt als een van de eerste spoorwegravijnen; het zand werd benut voor de aarden baan van de spoorlijn. Eenzelfde doorsnijding treffen we aan bij Hollandsche Rading (Zwaluwenberg) in de spoorlijn Hilversum–Blauwkapel, en op de Veluwe bij Assel in de spoorlijn Amersfoort–Apeldoorn (Oosterspoorweg). Verder treffen we ingravingen aan in onder andere Nijverdal, Maarn, Oosterbeek en Mook. Aansluiting NCSOndanks de landelijke, beboste en met villa’s rijk gezegende omgeving en het vrij eenvoudige emplacement, is Baarn in verkeerstechnisch oogpunt een knelpunt geworden voor het treinverkeer op de drukke Gooilijn vanwege de aftakking van de spoorlijn naar/van Den Dolder en Utrecht. De overloopwissels nabij de Torenlaan vormen in seingevingstechnische zin een bijzonder gevaarpunt: de gelijkvloerse aansluiting met de enkelsporige lijn die van Den Dolder afkomt voegt in (nog vóór de spoorwegovergang in de Torenlaan, ahob km 36.468) met wissel 40 op de spoorlijn Amsterdam–Amersfoort, direct gevolgd door de overloopwissels 38B/38A naar het rechterspoor en met wissel 37 naar spoor 1 op het station leidt. Het wisselcomplex wordt bewaakt en beveiligd door seinen. Vier keer per uur (twee keer per uur per richting) steken treinen van de serie 5500 op deze wijze de hoofdbaan gelijkvloers over. Achter de overweg in de Luitenant Generaal Van Heutszlaan/Stationsweg (ahob km 35.817) wordt het station bereikt waar deze treinserie weer keert voor de terugrit. De seingeving zorgt voor de veilige loop van het treinverkeer. Toch blijft een gelijkvloerse kruising een risicofactor; bovendien is de onafhankelijke, gelijktijdige behandeling van treinen een al jaren levende wens. Tenslotte is – bij vertragingen – de enkelsporige lijn van/naar Den Dolder kwetsbaar voor de punctualiteit in zijn geheel. Met een onafhankelijkheid van de Gooilijn kan beter bijgestuurd worden. |
Spoorwijzer Baarn, oktober 2002. Bron: NSR Productie Services. Deze situatie gaat in de loop van 2008 veranderen. |
Ontvlechting (vrijleggen) Stichtse Lijn en GooilijnDe oude NCS/SS-lijn uit Den Dolder (in het tegenwoordige spraakgebruik ook wel de Stichtse Lijn genoemd) en de spoorlijn Amersfoort–Baarn (Gooilijn) worden onafhankelijk van elkaar gemaakt. De plannen hiervoor zijn al oud. Ruim 15 jaar geleden begon het overleg al tussen ProRail en de gemeente Baarn om de spoorlijn Den Dolder–Baarn en de Gooilijn in Baarn te ontvlechten, d.w.z. van elkaar onafhankelijk te maken. Dit zogenaamde vrijleggen komt de punctualiteit van de treinenloop ten goede. De plannen komen in grote lijnen op het volgende neer:
|
Het emplacement Baarn, zoals dat zichtbaar is op de beeldschermen van de treindienstleiding in Amersfoort. Het station heeft vier sporen, genummerd 801-804 (de perronsporen worden voor het publiek aangeduid met de cijfers 1, 2 en 3). Aan de rode vakjes op het scherm is te zien dat naar spoor 804, dat al jaren niet meer in gebruik is, geen rijweg kan worden ingesteld. De wissels zijn zowel softwarematig vergrendeld als fysiek met een slot. Op spoor 801 staat een trein; de lijn op het scherm is geel en in het witte vlakje staat (op de foto niet leesbaar) het treinnummer. Spoor YB leidt naar de lijn naar Den Dolder. Dit spoor zal worden doorgetrokken naar spoor 804. Foto Nico Spilt, 10 juni 2007. |
Toekomstige sporensituatie in Baarn. In tegenstelling tot eerdere plannen zal spoor 1 niet geheel verdwijnen. Het wordt een kopspoor dat vanuit de richting Hilversum te benaderen blijft. De aansluiting aan de Amersfoortse zijde vervalt, omdat er over een ahob (in dit geval de overweg Generaal van Heutszlaan) maximaal drie sporen mogen liggen. Tekening Gérard van Teeffelen. |
Koninklijke treinOmdat Baarn sinds jaar en dag op spoor 1 traditiegetrouw ook de Koninklijke treinen behandelt - het stationsgebouw is daartoe voorzien van een koninklijke wachtkamer - leek er een probleem te ontstaan voor dit bijzondere vervoer. ProRail had daarom het idee uitgewerkt ter hoogte van de koninklijke wachtkamer het perron uit te breiden (te verbreden) over de volle breedte van het op te breken spoor 1, zodat de koninklijke trein op spoor 2 behandeld zou kunnen worden. Deze optie is niet meer nodig: het Hof heeft besloten de wachtkamer niet meer als zodanig te benutten en er een museumfunctie aan te geven, nu het nabij gelegen Paleis Soestdijk niet meer de residentie is van de Koningin. |
|
Geraadpleegde bronnen en personen
vervolg >> |
Zie ook: