Lovers Rail: concurrentie op het spoor

In de jaren negentig kwam in paarse kringen het idee op, dat het goed zou zijn als de spoorwegen te maken kregen met "de tucht van de markt". Hoewel men in Engeland al kon zien hoe dat in de praktijk zou uitpakken, werd dit idee omgezet in beleid. Er zou dus concurrentie op het spoor moeten gaan plaatsvinden. Het initiatief van de firma Lovers, een rondvaartbotenexploitant uit Amsterdam, werd dan ook met instemming begroet door de verantwoordelijke minister.

Lovers begon met het laten rijden van een trein van Amsterdam naar het strand van IJmuiden. Met deze trein mikte men op toeristen, maar al snel kwamen ook de forensen in beeld. Die zouden tussen Amsterdam en Haarlem een alternatief krijgen voor de vele treinen die NS al op dit traject liet rijden. Met oud buitenlands materieel werden twee treinstammen geformeerd, die tussen deze steden heen en weer gingen pendelen. De reiziger zou het aan niets ontbreken: koffie, kranten en zelfs televisie aan boord, fietsen meenemen, kaartje kopen bij de conducteur zonder toeslag te betalen.

Allemaal aantrekkelijk genoeg, maar toen ik op 21 augustus 1998 een kijkje nam, trof ik twee treinen die vrijwel zonder passagiers heen en weer reden. Het experiment heeft dus niet lang geduurd. Van plannen om op andere lijnen te gaan rijden, bijvoorbeeld tussen Utrecht en Hilversum, is al helemaal niets terecht gekomen. Wel heeft Lovers enige tijd een "Keukenhof Expres" naar Lisse laten rijden.

Zie ook het thema Vervoerders op het spoor.



 

Haarlem, 21 augustus 1998. De van de NMBS gehuurd loc 2555 staat op het punt te vertrekken naar Amsterdam. De trein bestaat uit Belgische rijtuigen, waaronder een oranje pakwagen type Dms.


 

De Spaarne Expres stopt onderweg alleen in Sloterdijk. Loc 2557 loopt binnen met een trein uit Amsterdam. Aan de andere kant van de trein loopt een locomotief in opzending mee, zodat de trein zonder rangeren weer terug kan rijden.


 

Onderweg nabij Amsterdam Sloterdijk ontmoeten we de tegentrein. Een van de vier Belgische e-locs is defect, en is daarom vervangen door de gehuurde 2207. Ik had als passagier een ruime keus aan zitplaatsen: de treinen reden vrijwel leeg heen en weer. De conducteur die onderweg een kaartje aan mij zou komen verkopen, kwam niet opdagen. Een gratis ritje dus, afgezien van de koffie die ik aan de bar in het rijtuig heb gekocht.


 

Vertrek van een trein uit Amsterdam. Loc 2207 trekt, loc 2555 loopt in opzending mee.


Lisse, 20 mei 1998. Dit station heeft dienstgedaan tot 1945. Daarna stopten er nog weleens treinen voor bezoekers van de Keukenhof, onder andere de Keukenhof Expres van Lovers Rail. Foto's Jan Willem Oosting.


Zwaluwenberg, 20 juni 1999. NMBS-loc 2554 met een stam rijtuigen van Lovers Rail tijdens een proefrit in de stromende regen. Lovers had onder andere toestemming gekregen om te gaan rijden tussen Hilversum en Utrecht. Hiervoor waren zelfs dienstregelingspaden vrijgemaakt, tot ongemak van de NS. Verder dan proefritten is men echter niet gekomen. Alleen tussen Amsterdam en Haarlem/IJmuiden is sprake geweest van een geregelde dienstregeling. De Franse financier van Lovers is later weer in Nederland actief geworden onder de naam Veolia. Foto Johan Nieuwenhuis.


 

Hengelo, 2 oktober 1999. Het laatste openbare optreden van het Lovers-materieel vond plaats tijdens een open dag in Hengelo. De "Optio"-rijtuigen reden in een pendeldienst tussen twee stoomlocs van de VSM. E-loc 2554 was te zien op een materieeltentoonstelling. Kort na deze open dag gingen loc en rijtuigen terug naar de NMBS.


In enkele brieven aan de krant gaf ik in 1996 en 1997 mijn visie op de komst van Lovers en de heftige reacties daarop.


Vertrouwen in de markt. Naar een liberaal privatiseringsbeleid. F. de Graaf e.a. Uitgave van de prof.mr. B.M. Teldersstichting, Den Haag 2007. ISBN 9073896376.

Wie had gedacht dat ik nog eens zou meewerken aan een uitgave van het wetenschappelijk bureau van de VVD? Echt inhoudelijk was mijn bijdrage niet: het gaat alleen maar om de foto op het omslag, waarop een trein van Lovers Rail is te zien. In het boek is een hoofdstuk gewijd aan het mislukte privatiseringsavontuur van dit bedrijf.


Amfibiebus

Amsterdam, 13 juni 2012 en 1 juli 2012. De DAT Amfibus 020, de rondvaartbus van Lovers. Er bestaat ook een zwaardere uitvoering, de DAT 010, waarvan een exemplaar in Rotterdam dienst doet bij Splashtours. De schipper/chauffeur had drie pogingen nodig om uit het water te komen. Het rooster was glad geworden door de algen. Foto's Rienk Nauta.


Drijvende bus kost Lovers miljoenen

The Floating Dutchman, de blauwe amfibiebus van rederij Lovers, dreigt uit te draaien op een financieel drama. 'Dit is niet leuk meer', zegt directeur Karel Lovers in De Telegraaf van 30 oktober 2012. Hij overweegt een tweede in aanbouw zijnde busboot af te zeggen. Door aanhoudende technische storingen zei Schiphol al de samenwerking met Lovers op en is het prijskaartje van de eerste bus nu al 3 miljoen euro, in plaats van de geraamde 6 à 7 ton. Volgens Lovers wil de maker van de amfibiebus, een bedrijf in Nijmegen, nog meer geld. 'Het voelt als chantage. Een blok aan mijn been', zegt hij. Het bedrijf vindt echter dat Lovers de bus niet goed onderhoudt. The Floating Dutchman zou toeristen bij Schiphol oppikken en vervolgens na aankomst in Amsterdam direct een stukje met ze varen. Schiphol zei die samenwerking dus op en in de praktijk stond de busboot sowieso vaker stil dan dat hij toeristen vervoerde. Dat moet dus anders, bijvoorbeeld met een trein. Fotomontage Henk Koster.


Zie ook:




vorige       start       omhoog