Britse diesellocs en elektrische locs

De stoomlocomotieven zijn in een apart thema opgenomen.


London Road Junction, Derby. Dieselelektrische loc 10202, asopstelling 1Co-Co1. Dit is een ontwerp van Bulleid uit 1949, waarvan er drie zijn gebouwd. Ze waren bestemd voor de Southern Region, maar vanaf 1955 deden ze dienst in de London Midland Region, waar deze foto is gemaakt. De locs beschikten over een stoomketel om treinen te kunnen verwarmen. Ze hebben zware sneltreinen gereden, ook in dubbeltractie, maar kwamen later in de goederendienst terecht. De drie locomotieven van deze experimentele serie hebben tot 1963 dienst­gedaan en zijn daarna gesloopt. Foto M.Benn, collectie Nico Spilt.


York, National Railway Museum, 26 juni 2008. Loc 55002 "The King's Own Yorkshire Light Infantry", een van de bewaard gebleven roemruchte Deltics uit de jaren vijftig. De twee witte stippen op de neus zitten op de plaats waar tot in de jaren 70 een "headcode" (train reporting number) kon worden getoond, bestaande uit vier tekens, waarmee aan seinwachters informatie over het soort trein en de bestemming werd gegeven.


York, National Railway Museum, 26 juni 2008. Loc D8000, in 1957 gebouwd door English Electric. Tot 1968 zijn 228 van deze dieselelektrische Bo-Bo-locomotieven gebouwd. De locs zijn later vernummerd in Class 20; de oudste loc, D8000, kreeg nummer 20050. Hun bijnaam luidt Choppers, naar het geluid dat deed denken aan dat van helikopters. Ze deden voornamelijk dienst voor goederentreinen, omdat ze niet over treinverwarming beschikten. Daarbij reden ze soms als duo. Loc D8000 is in de oorspronkelijke groene uitvoering teruggebracht en is rijvaardig.


York, National Railway Museum, 29 april 2008. Loc 31018 (oorspronkelijk D5500), de eerste loc van een grote serie (327 stuks) door Brush Electric tussen 1957 en 1962 gebouwde dieselelektrische locs, asopstelling A1A-A1A. De locs werden aangeduid als Class 31 of Brush Type 2. Er waren verschillende subseries. De laatste locs gingen in 2001 uit dienst. Er zijn diverse exemplaren bewaard gebleven. Met de vier witte schijven op de neus konden codes worden gevormd, om aan seinwachters door te geven om wat voor soort trein het ging. Vier schijven betekende Royal Train. Zo'n trein moest natuurlijk voorrang op alle andere treinen krijgen. Foto Govert Schipperheijn.


York, National Railway Museum, 26 juni 2008. Plaquette met een afbeelding van een dieselhydraulische loc uit de Warship Class. Een goed bewaard geheim is dat deze locs afgeleid zijn van de Duitse V200 (don't mention the warship). Vanaf 1958 zijn er 70 gebouwd, in twee motorisch verschillende versies (Class 42: nummers D800-832 en D866-870; Class 43: nummers D833-865). De locs bezaten net als de V200 een stoomketel voor de treinverwarming. De dieselhydraulische aandrijving is in de jaren zestig ook op andere locseries toegepast (waaronder Western Class 52 en Hymek Class 35), maar heeft in Engeland geen vervolg gekregen. De laatste Warships gingen in 1972 uit dienst. Twee exemplaren van Class 42 zijn bewaard gebleven. De plaquette (nummer 1651 uit een serie van 3000) is gemaakt van metaal van gesloopte locs.


York, 27 juni 2008. Locs 57010 en 57009 van Direct Rail Services, een grote particuliere goederenvervoerder die met diverse tweedehands locomotieven rijdt. In de achtergrond van de onderste foto zie je het reuzerad van het National Railway Museum.


York, 26 juni 2008. Loc 57006 van Advenza Freight, een vervoerder die in 2009 van het toneel verdween. Class 57 is een gemoderniseerde versie van de uit de jaren 60 daterende Class 47.


Baarn, 6 augustus 2003. Nieuwe aanwinst van ACTS: dieselloc 5811. Loc 1254 rijdt in opzending mee.


Class 77 (NS 1500)

BR 27001 "Ariadne" in depot Wath Loco. Van deze zesassige locomotieven (class 77) werden er in 1954 zeven gebouwd voor de dienst op de lijn Manchester-Sheffield/Wath. Het plan uit 1948 was om 27 locs te bouwen, maar inmiddels was besloten om geen spoorlijnen meer te elektrificeren met 1500 volt gelijkspanning. In 1968 werden de locs terzijde gesteld. In 1969 nam de NS ze over. Zes locs werden in dienst gesteld als serie 1500. De loc op deze foto werd NS 1505. Loc 27005 "Minerva" werd gebruikt als plukloc.

LNER 6000 "Tommy"

Spoorwegmuseum, 1 augustus 1970. De NS-locs serie 1500 waren niet de eerste Engelse e-locs die in Nederland reden. Loc 6000 van de London and North Eastern Railway (LNER) was zelfs de allereerste e-loc die bij de NS dienst deed. Deze vierassige loc (latere class 76) was te gast van 1947 tot 1952, en werd door het spoorwegpersoneel "Tommy" genoemd, naar de bijnaam van de Engelse soldaten tijdens de oorlog. Deze gedenkplaat herinnert hieraan.


Jodrell Bank Radio Telescope

Electric Locomotive type 'A'. No. E.3037 on special train passing Jodrell Bank Radio Telescope.

Toen de West Coast Main Line werd geëlektrificeerd, bestelde British Rail honderd elektrische locomotieven van verschillende types. Hieronder tien locomotieven die werden aangeduid als Class AL4, genummerd E3036-E3045. Deze werden in 1960-61 gebouwd door de North British Locomotive Company in Glasgow.

Al snel traden er hardnekkige problemen op met de kwikdamp­gelijkrichters in de locs. In 1971-72 werden de locs gereviseerd en kregen ze de nummers 84001 - 84010 (Class 84). Maar ze bleven problemen opleveren, en in 1980 ging de laatste uit dienst. Loc 84001 is als enige bewaard gebleven.

De West Coast Main Line werd geëlektrificeerd met 25000 volt wisselspanning, de standaard waarvoor BR in 1956 had gekozen. In het begin kwamen er trajecten voor waar de spanning om veiligheids­redenen 6250 volt was. Hier werden de vier windingen van de hoofdtransformator in de locs in serie geschakeld in plaats van parallel.

De Jodrell Bank Radio Telescope is gebouwd in 1955 en was toen de grootste draaibare radio­telescoop ter wereld. In 1987 is ze omgedoopt in Lovell Telescope.


London, Euston Station, juni 1986. Loc 86 427 "The Industrial Society" klaar voor vertrek met een Inter-City naar het noorden. De honderd locomotieven Class AL6 (vanaf 1968 Class 86) werden gebouwd in 1965-1966 om dienst te doen op de West Coast Main Line. Hierbij werd gebruikt gemaakt van de ervaringen die men met eerdere types (Class 81 t/m 85) had opgedaan. Aanvankelijk waren de locs genummerd E3101-E3200 (de loc op deze foto was de E3110). Er hebben verschillende technische aanpassingen en vernummeringen plaatsgevonden. Vier locs zijn verkocht aan Hongarije. Het oorspronkelijke Euston Station is ondanks veel protesten in 1960-61 gesloopt.


BR Class 81 uit 1960. Motorloos H0-model van Editions Atlas.


Calais, 10 augustus 2011. Behalve de Eurostar rijden er ook shuttletreinen door de Kanaaltunnel. Hiermee worden auto's vervoerd. Aan beide kanten van de trein bevindt zich een locomotief Class 9. Dit zijn zesassige locomotieven (Bo'Bo'Bo'). afgeleid van de Nieuw-Zeelandse Class EF. Foto Aad de Meij.


Uit een boekje dat in de jaren 60 zat verpakt bij grootpak Venz chocoladehagel.


Zie ook:




vorige       start       omhoog